vrijdag 23 maart 2018

Jan Siebelink-De buurjongen

Recensie door Tea van Lierop
Uitgeverij De Bezige Bij






Vriendschap pur sang


Van het begin tot het einde van De buurjongen weet Jan Siebelink bij de lezer het ongrijpbare en melancholieke gevoel op te roepen, zodat je op het puntje van de stoel blijft zitten en je de adem af en toe benomen wordt. In de inmiddels vermaarde, dromerige stijl van de auteur, die bekend werd door Knielen op een bed violen, schreef hij dit vervolg op het vorig jaar uitgebrachte Margje.

Hans en Margje Sievez zijn eigenaar van een kwekerij, hun zoon Ruben is als een broer voor buurjongen Henk Wielheesen 
Henk is heel goed in het onthouden van zaken waarvoor hij zich interesseert, de kwekerij is zijn tweede thuis en hij doet niets liever dan Hans helpen bij zijn werk in de kas. Op school is hij geen uitblinker, maar wel goed in de feiten. Hij leeft deels in zijn eigen wereld en is zeer godsdienstig. In dit verhaal beschrijft de auteur het leven van Henk, met het accent op de hechte vriendschap tussen Ruben en Henk. 

Omgeving 

Het mooie Gelderse landschap is het decor van het verhaal, dit prachtige gebied leent zich voor beschrijvingen zoals: 

'In de laaghangende nevel werd de rivier onzichtbaar, prevelde ergens voor of achter hem. Als zijn Guusje wat groter was, zou hij met haar ook naar de rivier gaan. Eerst naar de heuvels, dan de rivier. Wat keek hij uit naar die tijd' 

De namen bestaan echt, de straten, de wegen, de rivier, de markt, de trolleybussen en de Emmapiramide, deze benamingen verlevendigen de roman. Ook het verpleeghuis Insula Dei is een bestaand tehuis.  

Opbouw 

De roman begint met de verschijning van iets wat lijkt op een Goddelijke openbaring, alsof het einde der tijden aangebroken is. De omstanders staan verwonderd te kijken of spoeden zich naar huis om te waarschuwen voor het naderend oordeel. De invloed die godsdienst heeft op Henk is door het hele boek voelbaar. Het lijkt of hij continue het gevoel heeft boete te moeten doen, hij doet zichzelf regelmatig lichamelijk pijn en bij het bewerken van hout moet hij aan de kruisiging van Jezus op Golgotha denken. Het thema godsdienst is een terugkerend thema bij Jan Siebelink, religie in een fundamentalistisch vorm. Het einde van het verhaal is weer de openbaring waarmee het boek begon en daarmee is het een circulair verhaal geworden met daarin de levensloop van Henk. 

Hanengevechten 

Ruben is vriend en beschermer van Henk, die rol zal hij blijven spelen. Door het noodlot komt Henk min of meer alleen te staan en wordt hij liefdevol opgevangen door de familie Sievez. Henk heeft een aantal traumatische ervaringen opgedaan, deze neemt hij z'n hele leven met zich mee. Er lopen een paar verhaallijnen parallel aan elkaar: Henk z'n huwelijk met Anna en hun dochter Guusje, zo op het oog een gewoon gezinnetje. Een tweede lijn is de zakelijke, vriendschappelijke relatie tussen lijstenmaker, zakenman Joop Ruysch en Anna/Henk en de passie van Henk met zijn vechthanen. De laatste verhaallijn is een heel belangrijke, deze passie gaat terug naar zijn lagere schooltijd; de meester gaf Henk bij de rapportuitreiking van de vijfde naar de zesde klas een dik boek met de titel Pang Paneu de Toenonger. Henk heeft mogen voorlezen uit het boek en kende hele passages uit z'n hoofd, het ging over hanengevechten in het opstandige Atjeh. 

Dromen
  
Wielheesen, zo spreekt Anna hem altijd aan, heeft zo z'n eigen ideeën hoe dingen moeten verlopen. Toen hij hoorde dat hij vader zou worden kreeg hij visioenen wat hij haar allemaal zou laten zien en vertellen, dolblij was hij met het idee en helemaal toen Guusje geboren was. De doop had hij ook in gedachten al meegemaakt: 

'Guusje zou gedoopt worden. De doop was volgens de openbaring een ordening Gods om de kinderen in Zijn verbond te bezegelen. Zijn kind zou deel uitmaken van een wereld die boven alles uitsteeg. Ruben zou het meisje in doopgewaad de kerk binnendragen. ‘Guusje Helena, ik doop jou in de naam van de Vader, de Zoon, en de Heilige Geest.’ De predikant sprenkelde water over het voorhoofd van het meisje. Met grote ogen zou ze naar de brandende kroonluchter kijken. Druppeltjes water gleden langs haar slapen. De andere dopelingen krijsten, maar Guusje bleef rustig. Ruben zou het kind wegdragen terwijl de predikant haar meegaf: ‘Onmetelijk is de Vader, onmetelijk is de Zoon, onmetelijk is de Heilige Geest.’' 

Verschuilen

En zo verloopt Henks leven, deels in de werkelijkheid en deels in zijn dromen. Wanneer het hem allemaal teveel wordt trekt hij zich terug, hij heeft het kippenhok, dat is een geweldige schuilplaats, of hij vlucht naar het verleden. De tastbare herinneringen van zijn moeder bieden hem troost. Dit speciale thema is ontroerend uitgewerkt, het botst met de geldende regels en dat geeft de nodige spanning en een schuldgevoel, maar hij kan niet anders. Waar mogelijk komt Ruben als reddende engel wanneer Henk weer eens in de problemen zit, Ruben heeft een goede positie en kan ook financiële steun bieden. De relatie tussen de twee is intens. 

Conclusie 

De buurjongen is een ontroerend vervolg op Margje. Het is heel bijzonder om te kunnen kijken in het hoofd van iemand die gedeeltelijk in zijn eigen wereld leeft, en die observaties te transformeren naar een verhaal. De schrijfstijl is beeldend, de auteur gebruikt elementen uit de natuur om de sfeer te scheppen. Soms kan het ook een beetje geforceerd overkomen zoals:  'Hij zuchtte, gaapte. Zijn mond werd vanbinnen gevuld met het laatste ondergaande licht.'  Hier staan vele zeer geslaagde beschrijvingen tegenover. Beoordeel het boek liever zelf, het is prachtig!


 Auteur: Jan Siebelink 
 Uitgeverij: De Bezige Bij  
 ISBN: 9789023468301 
 Pag.: 272  
 Genre: Literaire fictie 
 Verschenen: 30-08-2017 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.